Spreker: Esther Striezenau Onderwerp: Ware aanbidding Uitgangstekst: Joh.2:13-20, Marc.11:15-17, Joh.4:23 Datum: 4-8-2024 Infotheek nr: 4477 Presentatie (PPT): Johannes 2:13-18 (NBV) Kort voor Pesach, het Joodse paasfeest, reisde Jezus naar Jeruzalem. Daar trof hij op het tempelplein de handelaars in runderen, schapen en duiven aan, en de geldwisselaars die daar altijd zaten. Hij maakte een zweep van touw en joeg ze allemaal de tempel uit, met hun schapen en runderen. Hij smeet het geld van de wisselaars op de grond, gooide hun tafels omver en riep tegen de duivenverkopers: Weg ermee! Jullie maken een markt van het huis van mijn Vader! Zijn leerlingen dachten aan wat er geschreven staat: de hartstocht voor mijn huis zal mij verteren. Marcus 11:17 Hij hield de omstanders voor: ‘Staat er niet geschreven: Mijn huis moet voor alle volken een huis van gebed zijn”? Maar jullie hebben er een rovershol van gemaakt! Vervolg Johannes 2:18-20 Maar de Joden vroegen: ‘Met welk teken kunt u bewijzen dat u dit mag doen?’ Jezus antwoordde hun: ‘Breek deze tempel maar af, en ik zal hem in drie dagen weer opbouwen. Johannes 4:23 Maar er komt een tijd, en die tijd is nu gekomen, dat wie de Vader echt aanbidt, hem aanbidt in Geest en in waarheid. De Vader zoekt mensen die hem zo aanbidden.