Spreker: Jakob Janssens Onderwerp: We zullen opbloeien Uitgangstekst: Jes.35 Extra teksten: 1Pet.1:10,1Cor.10:11,Luc.24:45-49,Ezech.36:23-30,Jer.31:33 Datum: 04-09-2022 Infotheek nr: 4375 Samenvatting: De Bijbel is een geestelijk boek. God wil door Zijn Woord inzicht geven in de geestelijke dingen. Het Oude Testament is gegeven voor ons, juist om de geestelijke dingen te leren zien. Er wordt gesproken over een woestijn, die zal bloeien. Er wordt gesproken over een nieuwe Geest. Jezus opent het verstand van de discipelen, zodat zij de Schrift begrepen. Jezus wil ons verstand ook openen, door De Geest. De Geest laat zien dat we zullen opbloeien. Presentatie (PPT): We zullen opbloeien 1 Petrus 1:10 10 Naar deze zaligheid hebben gezocht en gevorst de profeten, die van de voor u bestemde genade geprofeteerd hebben, 1 Cor 10:11 11 Dit is hun overkomen tot een voorbeeld [voor ons] en het is opgetekend ter waarschuwing voor ons, over wie het einde der eeuwen gekomen is. Luc. 24:45-49 45 Toen opende Hij hun verstand, zodat zij de Schriften begrepen. 46 En Hij zeide tot hen: Aldus staat er geschreven, dat de Christus moest lijden en ten derden dage opstaan uit de doden, 47 en dat in zijn naam moest gepredikt worden bekering tot vergeving der zonden aan alle volken, te beginnen bij Jeruzalem. 48 Gij zijt getuigen van deze dingen. 49 En zie, Ik doe de belofte mijns Vaders op u komen. Maar gij moet in de stad blijven, totdat gij bekleed wordt met kracht uit den hoge. Ezechiël 36:23-30 25 Ik zal rein water over u sprengen, en gij zult rein worden; van al uw onreinheden en van al uw afgoden zal Ik u reinigen; 26 een nieuw hart zal Ik u geven en een nieuwe geest in uw binnenste; het hart van steen zal Ik uit uw lichaam verwijderen en Ik zal u een hart van vlees geven. 27 Mijn Geest zal Ik in uw binnenste geven en maken, dat gij naar mijn inzettingen wandelt en naarstig mijn verordeningen onderhoudt. 28 Gij zult wonen in het land dat Ik uw vaderen gegeven heb; gij zult Mij tot een volk zijn en Ik zal u tot een God zijn. Ezechiël 36:29-30 29 Ik zal u van al uw onreinheden verlossen, Ik zal het koren roepen en het vermeerderen, en geen hongersnood over u brengen. 30 Ja, Ik zal de vrucht van het geboomte en de opbrengst van het veld vermeerderen, opdat gij niet meer de smaad van hongersnood te dragen krijgt onder de volken. Jes. 35:1-4 1 De woestijn en het dorre land zullen zich verblijden, de steppe zal juichen en bloeien als een narcis; 2 zij zal welig bloeien en juichen, ja, juichen en jubelen. De heerlijkheid van de Libanon is haar gegeven, de luister van de Karmel en van Saron; zij zullen aanschouwen de heerlijkheid des HEREN, de luister van onze God. 3 Sterkt de slappe handen en verstevigt de knikkende knieën. 4 Zegt tot de versaagden van hart: Weest sterk, vreest niet; zie, uw God zal komen met wraak, met de vergelding Gods; Hij zal komen en Hij zal u verlossen. Jes. 35:5-7 5 Dan zullen de ogen der blinden geopend en de oren der doven ontsloten worden; 6 dan zal de lamme springen als een hert en de tong van de stomme zal jubelen; want in de woestijn zullen wateren ontspringen en beken in de steppe, 7 en het gloeiende zand zal tot een plas worden en het dorstige land tot waterbronnen; waar de jakhalzen verblijven en legeren, zal gras met riet en biezen zijn. 8 Daar zal een gebaande weg zijn, die de heilige weg genaamd wordt; geen onreine zal die betreden; maar hij zal alleen voor hen zijn; reizigers noch dwazen zullen erop dolen. Jes. 35:9-10 9 Daar zal geen leeuw zijn en geen verscheurend dier zal daarop komen; zij worden daar niet gevonden. Maar de verlosten wandelen daarop; 10 de vrijgekochten des HEREN zullen wederkeren en met gejubel in Sion komen; eeuwige vreugde zal op hun hoofd zijn, blijdschap en vreugde zullen zij verkrijgen, maar kommer en zuchten zullen wegvlieden.